Welkomstgedicht
16 september 2018 Jos
Ter wellekome
Voor jou een diamantje,
van letters wel,
maar het gaat waarvoor het staat:
om jou te zeggen,
te spreken over wat diep inwaarts is
in alle dingen.
Het is niet van jou of mij,
behoort aan niemand toe,
toch is het daar
onverwoestbaar teer,
in kostbaarheid gaat niets te boven,
gedragen door zichzelf
zijn koers vervolgend
prijzen noch misprijzen die verstoren.
Te luisteren naar wat het spreekt
vraagt stilte en het verlangen van het hart
naar wat waar is boven alles uit,
doet moedig volgen zonder het waarheen te weten,
de pijn die hieraan paart
doet hartstocht tenslot maar harder trekken.
Te horen wat het laat weten
in jou, waar overgave lieflijk tedert
en beminnen wakker roept,
in de sterren
die koesterend de hemel geeft,
in de kinderen, die van onbevangen oorsprong strelen
en de schoonheid in het gemoed oplichten doen,
maar het is van niemand, niet van mij of jou.
Gedragen door zichzelf,
is ’t het thuis van iedereen,
maar het vraagt aandacht en doorleven,
van wat ook in zijn stroom zijn stem laat horen,
van pijn te huilen, of van vreugde
meegeven doet zuiveren
in het aandachtig doorleven ligt hervinden.
Jos, 9 maart 2003